Voor het vak wero kregen we de
opdracht om een weerkoffer te maken.
De koffer zelf moest te maken hebben
met het weer. Daarom koos ik ervoor om aan de ene kant van mijn koffer warm
weer te schilderen en aan de andere kant regen.
In mijn weerkoffer zit:
-
Pluviometer : Hiermee kunnen de kinderen kijken
hoeveel het geregend heeft. Het eerste streepje betekent dat het niet veel
geregen heeft. Het tweede streepje betekent matig en het derde streepje veel regen.
-
Thermometer: Hier zien de kinderen aan de hand
van de prenten die ernaast hangen hoe warm het is en welke kleren ze moeten
aandoen.
-
Windmeter. Dit kan je bijvoorbeeld aan een tak
van een boom hangen. Aan iedere strook hangt er een gewicht. De kinderen kunnen
zien aan de hand van de strookjes hoeveel het waait. Waait het laatste strookje
met de meeste gewichten, dan waait het veel.
-
Beer met verschillende soorten kleren: Hier kunnen de kinderen tonen hoe
warm het is en welke kleren ze moeten dragen.
-
Weekkalender met kaartjes. Op de weerkalender hangt bovenaan een kaartje met een seizoen erop. Onderaan hangen er kaartjes met de dagen erop.
Nog eens eronder hangen er kaartjes met het weer erop. Als laatste hangen er
kaartjes met de kledingkeuze erop. Deze kaartjes zitten allemaal in dozen en
iedere keer als ze de kaartjes moeten uithangen, hebben ze verschillende keuzes.
Hier vind je ook prenten rond de
seizoenen:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten